GIRLPOWER #36 – Provinciaal Kampioen

25 april 2017

Al schreeuwend kwam ik over de finish. De adrenaline zocht zich een weg naar buiten via mijn stembanden. Ik besefte niet wat er zonet gebeurd was. Ik bevond me nog in dezelfde roes als enkele seconden geleden. En die roes zou pas overgaan wanneer ik mijn naam –fout geschreven weliswaar – zwart op wit bovenaan op een blad zag staan.

Vrij laat had ik pas door dat de wedstrijd in Zandhoven tevens mijn Provinciaal kampioenschap zou zijn. Voorgaande jaren was dat PK immers nergens te bespeuren op de kalender. Ik dacht terug aan mijn PK als tweedejaars junior. Ik had er toen alles aan gedaan om te ontsnappen aan een pelotonsprint, hetgene waar ik absoluut niet goed in was. Helaas draaide het niet uit zoals gehoopt en was de spurt onvermijdelijk.

Zandhoven was dus een nieuwe kans. Een kans voor iets waar ik toch stiekem van droomde. Een BK-trui acht ik op dit moment als onmogelijk, maar in die PK-trui zag ik wel al meer mogelijkheden. Toch verbood ik mezelf om te hard te gaan focussen op die trui. Ik wou mezelf niet te hard teleurstellen indien ik er niet zou in slagen. Alles moet immers meezitten in zo’n wedstrijd.

De sfeer in Zandhoven was magisch. Vele vrienden, familieleden en supporters waren aanwezig. Iets wat me extra kracht gaf én mentale rust: zo dacht ik minder aan de wedstrijd zelf. Een rondje van maar liefst 20 km, iets wat we niet meteen gewend waren. De start was er eentje in stijl. Na 200 meter passeerde het peloton tot mijn grote verbazing –en dat van vele anderen- de wagen met de rode vlag én een tiental motards. ‘Horen die niet vóór ons te rijden?’`

Eenmaal veilig en goed weg probeerde ik me steeds vooraan in het peloton te houden. Achteraan aanschouwde ik als ‘gevaarlijk’. Zeker wanneer we na een 180 graden bocht meteen een brug op moesten. Rondom mij zocht ik naar meisjes die ook afkomstig waren uit Antwerpen. Maar het werd eerder puur gokken, ik had geen flauw idee wie ik in het oog moest houden.

Mijn focus was nog nooit zo groot tijdens een wedstrijd. Ik hield alles in de gaten. Elke ontsnappingspoging had ik gezien. Ik probeerde meermaals mee te glippen, maar elke aanval werd even later teniet gedaan. Ontsnappen leek wel onmogelijk geworden door de vele wind en de weinige bochten in het parcours. Het werd afwachten tot de laatste ronde, en nog specifieker: de sprint.

Vooraan blijven was de boodschap. Ik keek meermaals op mijn Garmin om zo de kilometers af te tellen richting finish. Ik moest in mezelf geloven, maar de spanning steeg. Dat was ook te merken in het peloton. Plots wou iedereen vooraan zitten. Het werden tien hectische en gevaarlijke kilometers richting finish. Een plekje vooraan in de uitslag was absoluut nodig om het PK podium te behalen.

Ik zag mijn kansen slinken en slinken. Plots zat ik helemaal achteraan het peloton. Hier moet ik zo snel mogelijk zien weg te komen. Ik zocht de smalste gaatjes op om me opnieuw vooraan het pak te positioneren. Meermaals gaf ik het mentaal enkele seconden op, mijn positie zag er in de laatste twee kilometer alles behalve goed uit. Achteraan hoorde ik enkele rensters in elkaar haken en hard op de grond smakken. Verstand op nul.

Met nog vijfhonderd meter te gaan kreeg ik plots een zee van ruimte om mezelf naar voren te loodsen. Ik plaatste me bij de eerste tien en stormde zo op de finishlijn af. Ik was zo gefocust op mogelijke Antwerpse rensters rondom mij, dat ik niet meer dacht aan de kans die ik had om de wedstrijd winnen. In de slipstream van de enkele rensters voor mij kwam ik al schreeuwend de finish over. Alsof mijn lichaam al wist wat ik zonet had behaald. De streep lag er veel te vroeg, ik was bij wijze van spreken mijn sprint nog niet eens begonnen.

In een roes van adrenaline probeerde ik te beseffen wat er zonet gebeurd was. Ik had mee gespurt, vooraan. Mijn eerste top tien zou zo maar eens een feit kunnen zijn. Maar nog steeds dacht ik niet aan de wedstrijd zelf, maar aan het PK. Ik probeerde te herinneren welke rensters voor me waren geëindigd. De spanning werd groter en groter en ik begaf me naar het podium om te achterhalen wie het podium van het PK zou bekleden.

Wie staat er op het podium van het PK? Een man van de wedstrijdorganisatie toonde me een papier. Snel zochten mijn ogen naar mijn naam, maar nergens kon ik hem bespeuren. Mijn frank viel: ‘Ik bedoelde het podium van het PK, niet het algemene.’ ‘Ahh das nog ni bekend he maske,’ antwoordde de man. Twee minuten later verscheen er opnieuw een blad. Mijn ogen probeerden de dansende woorden op het papier vast te pakken.

Ik kon mijn ogen niet geloven: op nummer één stond mijn naam, mìjn naam. Ik was Provinciaal kampioen van Antwerpen. Ik barste uit in tranen van geluk. Mijn eerste titel was een feit. En dat in het bijzijn van mijn familie, vrienden en supporters.

Nu ja. Een PK-trui kan niet tippen aan een BK-titel of laat staan een WK-titel, maar toch ben ik zo blij als een kind. Mijn eerste echte volwaardige titel is een feit en dat is een moment dat ik zeker ga koesteren.

Ik wil dan ook iedereen van harte bedanken voor de geweldige lieve reacties.
Jullie maakten mijn dag nog mooier!

Liefs,
Mieke

Foto’s: Luc Wilms, Francois Buyssens

Lees ook...