Donderdag 16 januari 2020 17:28
Goeiemiddag, daar aan de andere kant van de wereld!
Vreemd genoeg ging mijn ontbijt vanmorgen vlot naar binnen. Normaal werken de zenuwen in op mijn eetlust, maar deze keer was de honger alsnog de winnaar. Om 7u45 werden we verwacht in ons busje. Waarna we om 8u in konvooi naar de startplaats van de dag werden gebracht. Meteen al een hele belevenis op zich. Adelaide stond letterlijk even stil om ons te laten passeren. Sommige mensen zwaaiden, andere begrepen in de verste verte niet wat er aan de hand was.
Om mentaal nog even tot rust te komen, zette ik mijn koptelefoon aan en verzocht ik Spotify een mix van mijn favoriete muziek te draaien. Ik nam het roadboek er voor de laatste keer bij en maakte een notitie met de belangrijkste punten van de rit. De etappe zou er eentje voor sprinters worden, maar met het aantal voorgeschotelde hoogtemeters was er van een vlakke rit alvast geen sprake. Het was dan ook bang afwachten hoe mijn benen vandaag zouden gaan reageren.
Na een uurtje rijden, werden we verwelkomd in een mooi dorpje. De bewoners waren enthousiast en kwamen nieuwsgierig een kijkje nemen. Binnen een uur zou het zo ver zijn. Ik schakelde mijn automatische piloot in: niet te veel meer nadenken en focus. De bewolkte hemel deed me twijfelen of zonnecrème wel nodig was, maar ik nam het zekere voor het onzekere en besloot de eventuele zon in het verschiet alvast schaakmat te zetten.
Na het zetten van mijn handtekening op het bord werd het menens. Ik trok er nog even een spurtje uit en plaatste me dan als één van de eersten aan de startlijn. Iets dat normaal tegen mijn principes leunt, maar de zenuwen hadden de touwtjes in handen genomen. Nadat een man indrukwekkend op een didgeridoo de opening van de wedstrijd aankondigde, trok het peloton zich in gang en was mijn seizoen op didgeridoogewijs van start gegaan.
Na de eerste tussensprint besloot mijn teamgenoot Marieke Van Witzenburg het al op een loopje te zetten. Ze fietste meer dan twee minuten bij elkaar en verdween dus uit het zicht van het grote pak. “Ik hoop dat ze het haalt tot de top van de klim, dan heeft ze de bergtrui. Dat is één van haar dromen zei ze net nog tegen me in de auto.” zei teamie Minke Bakker als ze langs me reed. En dus hoopte ik met haar mee. Met nog een kilometer tot de top te gaan zagen we Marieke opnieuw rijden. Maar dichterbij kwam het peloton niet meer en zo sleepte ze dus haar droom binnen: de bergtrui! Na een solo van maar liefst 50km werd ze zelfs met nog meer beloond: de welverdiende strijdlust.
Ook Nicole Hanselmann koos enkele keren voor het hazenpad en kon zo het peloton een tijdje van haar afhouden. Dat er later een dame kwam zeggen dat onze ploeg de koers attractief had gemaakt, was dan ook niet gelogen.
Het was een heerlijke wedstrijd en ik begreep terug waarom ik koersen zo leuk vond. Het landschap maakte het er nog mooier op en met de vogel- en dierengeluiden leek het net alsof je dwars door een dierentuin aan het fietsen was. Mijn benen voelden goed aan en het paketje stress dat op mijn schouders rustte, schoof er langzaam maar zeker af.
In de spurt mocht ik mijn eigen kans gaan, maar die ‘wees toch voorzichtig!’-knop afzetten en vol door risico’s heen fietsen lukte me nog niet echt. Ik kon me na de eerste hevige positioneringsstrijd bij de eerste 30 groeperen en kon zo de laatste lastige kilometer overleven voor een 24ste plaats. Tevreden bolde ik over de meet: ik had een super team gezien!
Op naar morgen voor rit 2!
Mieke Down Under